Uitdaging

“Dus u bent de man die met pensioen gaat”. De man zegt het als een constatering. Op mijn afscheidsreceptie gaat hij rond om de gasten van hapjes te voorzien.
Ik voel mij wat verloren en loop besluiteloos rond, kijk wie ik nog even zal aanspreken. Heb ik wel aan elke gast genoeg aandacht gegeven? Nu de receptie ten einde loopt en de gasten alleen of in kleine groepjes vertrekken neemt de man zijn kans waar om mij aan te spreken.
Hij houdt met beide handen stevig een schaal vast waarop nog wat bitterballen en andere gefrituurde hapjes liggen, zet de schaal dan voorzichtig neer op een statafel en kijkt mij lachend aan. Ik heb hem hier, in de kantine waar ik al jaren regelmatig kom lunchen, nog niet eerder gezien. Hij is een kop kleiner dan ik en draagt een fris wit jasje op zijn spijkerbroek, op de voorkant is 50/50 geborduurd, het merkteken van de recycling afdeling van het Leger des Heils. Ik weet dat op de achterkant van zijn jasje de slogan ‘together we’re one’ is geborduurd. Zo voelt het voor mij nu even niet, afgesneden van mijn werk en mijn collega’s.
“Ja, ik ga met pensioen” zeg ik. “Ik heb u hier nog niet eerder gezien, werkt u hier al lang?” De man lacht breder. Zijn tanden zijn onverzorgd en tonen een verleden en misschien ook wel heden van drugsgebruik.
“Ik ben hier om te leren werken”, zegt hij. “Ik ben hier voor het eerst vandaag, maar misschien mag ik hier vaker komen als het vandaag goed gaat.”
Het is goed om te zien dat mensen met een ‘verleden’ hier vandaag aan het werk kunnen zijn, niet weggestopt achter de schermen, maar als volwaardige medewerkers.
Terwijl ik met de man praat kijk ik rond en word plotseling overvallen door een gevoel van opluchting en tegelijkertijd van heimwee dat ik hier nooit meer gewoon, als medewerker, zal komen. Dat ik de volgende keer als ik hier kom een gast ben en dat oud-collega’s zullen vragen “ben je verdwaald?”, zoals ik zelf ook wel eens aan oud-collega’s heb gevraagd.
De man en ik praten nog even door over mijn pensioen, wat ik van plan ben om te gaan doen en ik zeg dat ik hier nog wel eens zal komen eten.
Dan vraag ik hem wat de reden is dat hij hier moet leren werken.
“Ik heb een probleem gehad”, zegt hij. Hij houdt duim en wijsvinger van zijn linkerhand een centimeter van elkaar af. “Zo’n klein probleempje. Eigenlijk is het geen probleempje”, zegt hij nu met een volle lach, “het is een uitdaging!”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s